De onbeperkte navorderingstermijn in de Successiewet: konijn uit de hoge hoed?

ARTIKEL Het Register 2017/6.

december 2017

In de Successiewet is sinds 1 januari 2012 een onbeperkte navorderingstermijn opgenomen over erfenissen. De Hoge Raad heeft inmiddels een stokje gestoken voor het onbeperkt navorderen over reeds vervallen erfenissen. Maar de vraag is hoe het zit met erfenissen die voor 1985 zijn vrijgevallen?

De onbeperkte navorderingstermijn in de Successiewet

In art. 66, lid 3 Successiewet is sinds 1 januari 2012 opgenomen dat “‘Indien voor de erfbelasting de aangifte over een bestanddeel van het voorwerp van die belasting dat in het buitenland wordt gehouden of is opgekomen niet, onjuist of onvolledig is gedaan, vervalt, in afwijking van artikel 16, vierde lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de bevoegdheid tot het vaststellen van een navorderingsaanslag niet”. Bij een erfenis met ‘een buitenlandse link’ is de navorderingstermijn onbeperkt, in plaats van 12 jaar.

De vraag is of de wetgever hiermee ook echt de navorderingstermijn onbeperkt heeft willen maken, in die zin dat reeds vervallen termijnen weer herleven. De Hoge Raad heeft die kwestie beslecht: nee, als de navorderingsbevoegdheid is verstreken, dan wordt die bevoegdheid niet nieuw leven ingeblazen [1].

Anno 2017 zou een vrijgevallen erfenis van ruim 35 jaar geleden toch met rust moeten worden gelaten. What’s done is done

Wel navorderen over reeds vervallen erfenissen uit 1985?

Het arrest van de Hoge Raad was duidelijk; als de navorderingsbevoegdheid is vervallen, herleeft die bevoegdheid niet met introductie van de onbeperkte navorderingstermijn. Dat betekent kort gezegd dat de navorderingsbevoegdheid van 12 jaren (art. 16, lid 4 AWR) voor erfenissen uit 2000 op 1 januari 2012 is verjaard.

De Belastingdienst nam echter de stelling in dat erfenissen die voor 1985 zijn vrijgevallen, wel nog kunnen worden nagevorderd. Hiervoor is van belang dat de aanvangstermijn door de jaren heen een aantal keer is gewijzigd. Voor 1985 begon de navorderingstermijn namelijk pas ’te lopen’ vanaf het moment dat de inspecteur bekend was met de onjuistheid of onvolledigheid. Dat kan dus in potentie vele jaren later het geval zijn, bijv. als de belastingplichtige een inkeermelding doet. 

Hoe verder met de rechtszekerheid?

In het artikel wordt nader ingegaan op de rechtspraak en het juridische gepuzzel over hoe het overgangsrecht in alle jaren in elkaar zit, in combinatie met de wijziging van de navorderingstermijn van 5 jaar naar 12 jaar. Dit zit juridisch complex in elkaar. 

Als erfenissen van voor 1985 anno 2017 nog kunnen worden nagevorderd, dan kan dat wel schuren met het rechtszekerheidsbeginsel. Daar komt bij dat een onbeperkte navorderingstermijn op zich al een ingrijpende aantasting van de rechtszekerheid is. Tot nu toe hebben de rechters nog navordering over erfenissen van voor 1985 van de hand gewezen, maar het is wachten op het oordeel van de Hoge Raad.

Tot slot

In het artikel dat mr. M. Coenen en ik hebben geschreven voor het Register is ingegaan op de onbeperkte navorderingstermijn voor erfenissen in de Successiewet.

Meer weten?

Het artikel is te vinden via Het Register 2017/6.

—————————————————————————

[1] Hoge Raad 3 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:356.

Door deze website te gebruiken, ga je akkoord met het gebruik van cookies. Cookies worden gebruikt om jou een goede ervaring te bieden en de website effectief te laten werken.