Verzuimboeten aangifte- en betalingsverplichting
ANNOTATIE NTFR 2022/3508
19 oktober 2022
In deze Curaçaose zaak bij het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao van 2 augustus 2022 zijn aan een belastingplichtige verzuimboetes opgelegd wegens overtreding van fiscale verplichtingen. Een van de vragen waar het geschil zich bij de rechter op toespitst is of het is toegestaan of de belastingplichtige twee boetes heeft gekregen of dat hier sprake is van een schending van het ne bis in idem-beginsel (dat iemand niet twee keer voor hetzelfde mag worden vervolgd en berecht)?
Waar ging het over?
In deze Curaçaose zaak zijn aan de belastingplichtige naheffingsaanslagen opgelegd wegens het niet tijdig doen van aangifte. Hierbij heeft de inspecteur ook voor meerdere jaren een verzuimboete opgelegd wegens het niet tijdig doen van aangifte.
Daarna heeft de belastingplichtige alsnog diverse aangiften over meerdere jaren ingediend. Overeenkomstig die aangiften zijn opnieuw naheffingsaanslagen opgelegd, met wederom voor elk jaar een verzuimboetes. Ditmaal verzuimboetes wegens het niet tijdig betalen van de belastingen. De belastingplichtige stelt dat hij nu twee keer boetes heeft gekregen en dat dit niet toegestaan is. Dit is onder andere 1 van de vragen die aan de rechter is voorgelegd.
Verzuimboetes: oordeel van het Gerecht van Curaçao
Het Gerecht oordeelt dat beide boetes (het niet tijdig doen van aangifte en het niet tijdig betalen van belasting) zijn volgens het Gerecht toegestaan, omdat geen sprake is van een dubbele beboeting. Het zijn volgens het Gerecht van elkaar te onderscheiden verzuimen, waarbij voor elk verzuim een verzuimboete kan worden opgelegd. Onder verwijzing naar rechtspraak van de Hoge Raad is dan geen sprake van het dubbel beboeten van hetzelfde feit. Wel oordeelt het Gerecht dat dit aanleiding kan zijn om de boetes te matigen, maar daartoe gaat het Gerecht hier niet over omdat o.a. de opgelegde boetes al lager zijn dan de minimum verzuimboete zodat in feite al een matiging heeft plaatsgevonden.
Tot slot
Voor het NTFR heb ik deze uitspraak becommentarieerd. Mijn gedachten hierover zijn opgenomen in de annotatie.
Meer weten?
Lees de annotatie bij de uitspraak van het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao van 2 augustus 2022, ECLI:NL:OGEAC:2022:258 voor het NTFR via NTFR 2022/3508.
Ook interessant:
